De ramen kunnen weer open. De terrasstoelen zijn opgesteld
en de BBQ is al in gebruik genomen. Lenteweer is buitenweer! Zelfs de kuiten
mogen eindelijk nog eens om aandacht vragen. Persoonlijk liet ik enkel mijn
armen al uit. De rest van mijn lijf moet nog een beetje geduld hebben.
Het valt mij altijd op dat buitenlucht een mens veel meer
glimlachen en stralen doet. Bovenal maakt het ook de tongen losser. Of zou dat
aan feit liggen dat de zon alcohol rijkelijker laat vloeien? Zondag klom ik nog eens op mijn ijzeren ros.
Terwijl velen aan hun scherm gekluisterd zaten voor de allerlaatste rit van Tom
Boonen, waagde ik me aan mijn eigen kleine koers. Na de Lauwse kasseien
beloonde ik mezelf op een terrasje. Achter mij zat een vooral vrouwelijk
gezelschap luidruchtig aan de cava. Zonder schroom hadden ze het over een
categorie mannen die de term ‘speelgoed’ verdiende. Of ze beseften dat anderen
ook konden horen hoelang een voorspel gemiddeld dient te duren, weet ik niet.
Ik ben geen luistervink, maar door het aantal decibels dat ze produceerden, lag
ik bij wijze van spreken ook een beetje in hun bed.
Ik ergerde me niet aan hun gesprek: integendeel ik
verkneukelde me erom. Het deed me wel bedenken dat ik het zelf misschien te
weinig besef dat anderen mij ook kunnen horen. Dat sommige koppels in
restaurants of op terrasjes misschien daarom gewoon zwijgend eten of drinken:
om niet gehoord te worden. Als ik in mijn eentje op mijn koertje zit, kan ik al
mijn buren horen. Wat ze vertellen, weet ik niet. Ze spreken bijna allemaal een
taal die ik niet ken. Ik vind dat schoon. Muren hebben oren en in de zon kan ik
op mijn koertje de hele wereld schroomloos horen.
(verschenen als column in de De Weekbode / De Leie op 14/04/17)
(verschenen als column in de De Weekbode / De Leie op 14/04/17)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten