maandag 27 november 2023

TINE ZIET (399): Herfstdip

 “Proef onze eigen kaasdip!” staat er op een bordje op de toonbank van de slagerij waar ik regelmatig kom. Ik kwam tot nu toe nog niet in de verleiding om de dipsaus daadwerkelijk te proeven. Er zijn mensen die dat graag en automatisch doen. Proevertjes in het warenhuis bijvoorbeeld: ik weet niet waarom, maar ik loop ze meestal gewoon voorbij. Als er zo’n enthousiaste vertegenwoordiger bij staat, durf ik zelfs een volledig gangpad links te laten liggen. Het is geen smetvrees of angst om vergiftigd te worden. Eerder de angst om aan iets vast te zitten. Al bestaan er vooralsnog geen kaasdipabonnementen. Toch niet dat ik weet. Ik heb niets tegen proeverijen. Ze werken alleen niet zo goed bij mij. Als ik in een gezelligheid van een huiskamer, een  keuken of in een restaurant kan proeven, doe ik het natuurlijk wel. Dan is er geen directe aankoop mee gemoeid.

Nu kreeg ik ergens onderweg blijkbaar een potje herfstdip in mijn winkelmandje gegooid. Wellicht bij een koude blik of een chagrijnig gesprek over de regen aan de kassa. Het smaakt me niet en maakt me stukken minder licht. Ik ben er in elk geval niet gelukkig mee en ben geenszins van plan om dit in de toekomst voor mezelf aan te schaffen. Mag ik hierbij vriendelijk vragen aan de snoodaard die me er zomaar mee overviel, om het terug te nemen? Ik zit ermee opgezadeld. Wil iemand die herfstdip toevallig van me over kopen? Desnoods zet ik het gewoon zomaar voor je deur. Hoe eerder ik het kwijt ben, hoe beter. Ik wil mijn gedachten weer in lekkerdere dipsaus dopen.  

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  24/11/23)

maandag 20 november 2023

TINE ZIET (398): Er is nog hoop!

Naar aanleiding van World Kindness Day en kleine onderhuidse spanningen in de groep had ik het met de leerlingen op maandag even over vriendelijk zijn. Ik vroeg hen eens na te denken over het laatste moment dat ze vriendelijk waren geweest. Sommigen moesten lang denken, ook al ervaar ik de klas als lief en enthousiast. Sommigen vonden zichzelf lief omdat ze iemand met wiskunde hadden geholpen of omdat ze een snoepje hadden gedeeld. Groot was mijn verbazing dat een leerlinge antwoordde dat ze nooit vriendelijk was. Behalve dan dat ze ‘dank je wel’ zegt. Ik zei dat ik dat moeilijk kon geloven. Toen gaf ze toe dat ze eigenlijk niet wist wat vriendelijkheid was. Er was slechts één leerling die ons toevertrouwde dat hij al de hele dag vriendelijk was geweest. Voor zijn mama en papa, in de lessen en tegen zijn vrienden. 

 Elke week staan de leerlingen als kwispelende puppies aan de trap te wachten tot ze naar boven mogen. Enkele jongens hadden me nog met een high five begroet. Eentje had me zelfs blinkend toegefluisterd dat hij die dag extra trots was op zichzelf omdat hij er al een hele week was in geslaagd om zijn tanden drie maal daags te poetsen. Ik gaf hen dus te kennen dat ze allemaal best wel aardig voor mij waren. Ze blonken zichtbaar en ruimden keuriger dan anders alle spulletjes na afloop van de les op. Sommigen gaven me bij het vertrekken alweer een high five. Ik bedacht: Hoe moeilijk kan het zijn? Er is nog hoop. En dat is goed.

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  17/11/23)

maandag 13 november 2023

TINE ZIET (397): Deuk

Zaterdag was ik geïnviteerd voor een Halloweenfeestje bij vrienden thuis. Ik was daar door allerlei omstandigheden eigenlijk niet voor in de steming. Maar een andere vriendin monterde me op en zei dat ze me wou helpen om me wat te stylen, zoals dat heet. Ik schopte mezelf de auto in en reed naar haar in Deerlijk toe. Toen het best moeilijk bleek om voor haar deur te parkeren, was mijn opluchting gigantisch dat het uiteindelijk toch lukte. Alleen zag ik door mijn grote stommiteit de naderend auto niet en opende mijn portier iets te snel. Soit, mijn deur raakte een auto en er moest een aanrijdingsformulier ingevuld worden. Daar stond ik dus. In mijn outfit. Ongeschminkt maar griezelig bleekjes en in shockmodus. “Het kan iedereen wel eens gebeuren,” zegt men dan in zo’n situatie. Ik zag de mensen wat meewarig naar mijn outfit staren terwijl ze zeiden: Het is slechts materiële schade.” 

Een half uur later belde ik bedremmeld aan bij de voordeur van de vriendin. Ik deelde mee wat er gebeurd was. “Hallo, schminken hoef niet meer,” zei ik. “Het is al om te wenen.”

Het zal jullie niet verbazen dat ik uiteindelijk na veel vijven en zessen toch nog ben gegaan. Met pruik en gouden ogen. Nog wat witjes in het gelaat. “Ik ben verkleed als auto-ongelukje,” zei ik tegen bijna allemaal mensen die ik nog niet kende. Men knikte goedkeurend en roemde mijn kapsel uit een zakje. Even later lagen we in een deuk van het lachen. En ik bedacht: hier kan ik wel wat aarden vanavond.  Soms groeit vriendschap sterker uit verdriet.

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  10/11/23)    

maandag 6 november 2023

TINE ZIET (395): Idool

Er zijn weinig idolen in mijn leven geweest. Ik had stiekem een crush op Zack uit Saved by the Bell en mijn vriendinnen stopten me posters van Brad Pitt toe omdat ik had toegegeven dat ik dat een mooie man vond. Met die posters deed ik bitter weinig. Ze bleven in een mapje zitten. Al vind ik Pitt eigenlijk nog steeds één de mooiste mannen van de wereld, toch zou ik geen extra moeite doen om hem te ontmoeten. Mocht ik op hem botsen in een of andere horecazaak weet ik niet eens of ik hem zou herkennen. Als dat zo zou zijn, zou ik serieus van mijn melk zijn en denken dat ik hem toch niets interessants te melden heb. Te ver van mijn bed. Of zo.

Eén keer had ik als student bijna Tom Van Dijck geknuffeld. Hij was toen nog niet bekend. Na zijn monoloog Eros en de Eenzame Man was ik zo aangegrepen door zijn spel dat ik mezelf moest bedwingen niet op hem toe te stappen en hem te omhelzen. Mensen die me kennen, weten dat die spontane drang naar intimiteit best indrukwekkend moet zijn geweest., want ik knuffel zelden mensen in het openbaar. Zeker als ik ze helemaal niet ken.

Matthew Perry was volgens mij ook een man die ik had willen omarmen als ik die was tegen gekomen. Niet uit verliefdheid of idolatrie maar omdat de man die me zo vaak aan het lachen gekregen heeft, in het ware leven wel extra warmte had kunnen gebruiken. Die indruk had ik toch. Een zekere vorm van sympathie.

 Ik moet bekennen dat ik deze gevoelens enkel koester voor mannelijke beroemdheden. Zelden voor hun vrouwelijke collega’s. Ook als ze me erg raken. Ben ik fanatiek seksistisch als het over affectie gaat? 

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  03/11/23)    

TINE ZIET (419): Geduld

Lentezon doet goed. Als ze er is tenminste. Vorige week liet ik zelfs even mijn blote benen uit. Al was dat natuurlijk veel te optimistisch....