maandag 23 juli 2007

vannacht probeerde ik het te laten
bedacht een ander hoofd een ander laken
strooide kruimels van die ander in ons bed

verdwaald pikte je me met de ogen dicht
toonde me draai na draai je onrustige gezicht
alsof je vragen wou: "en waar blijf ik?"

"hier! hier! hier!" ademde ik in je droom
"ik wrijf morpheus plat tot zacht wit dons
het lukt mij niet om zonder jou te slapen."


tine moniek! - 2007

woensdag 18 juli 2007

IV

Als men naar de vingers van Tany Minoek! zou kijken, zou men onmiddellijk opmerken dat die niet groen zijn. Het is niet noodzakelijk om intiem te worden: het 'voortuintje' (op de stoeptegels) zegt eigenlijk al genoeg.

Er zijn verschillende redenen om het onkruid niet te vermoorden. Ze kan er dagelijks wel eentje bedenken. Maar de hoofdreden is toch altijd weer dat ze niet van pottenkijkers houdt. Ze moet nog maar een voet in de tuin (ze heeft immers ook een échte lange achtertuin...) zetten of ze voelt de buren over de schutting gluren. Het is al te vaak gebeurd dat bij vegen van haar 'voortuin' de rolluiken van de overbuurvrouw omhoog getrokken werden.

Wél: goed nieuws! Vandaag waren de buren er niet en het was fantastisch wied-weer. Dus Tany Minoek! kon er niet om heen: de tuin in met die benen!
Ze had nog maar nét de radio buiten gezet en de tuinhandschoenen aangetrokken of ze hoorde de schuur van de andere buurvrouw openschuiven. Buurvrouw zelf kon dat onmogelijk zijn: die kwam al jaren niet meer buiten. Tany Minoek! keek voorzichtig over de schutting en zag dat het de kleinzoon was. Balen! Die jongen is zo lang dat hij zelfs niet over de schutting hoeft de gluren. Maar ze zette dapper door: ze ging alvast met schoffel richting tuinpad. Net toen ze zich bukte, hoorde ze het: hij had ook een radio buiten gezet. Luide hardcore dreunde uit zijn luidsprekers: "Take me babe! Take me hard!"

Nu is Tany Minoek! 'tamelijk' verdraagzaam, maar zeg nu eerlijk: wie verdraagt die loeiharde dreunen en enthousiaste kreunen wél? Ze vluchtte de tuin uit, begon dan maar de ramen te lappen. Wat op zich natuurlijk ook een goede zaak was.

En o ja, nu ze toch maar bezig was met uitsloven heeft ze de voortuin ook maar onder handen genomen. 5 emmers vol onkruid en stoffig zand. Voor de buren had ze het niet moeten laten: ze kwamen thuis toen ze net de tweede emmer vulde... Ze leken opgelucht. Tany daarentegen vloekte hard tussen de oren.

dinsdag 17 juli 2007

III

Ze had hem niet verwacht, maar toch stond hij plotseling aan de kassa: Meneertje Weemoed. Tany Minoek! liet haar boodschappen bijna op de grond vallen, toen ze tot de ontdekking kwam, dat hij haar bij de kraag had. Hij knipoogde. Zij stuntelde zich een weg naar buiten terwijl ze klungelend haar bankkaart tussen de worteltjes schoof.

Bang voor de Meneer was ze zeker niet. Ze had hem zelf al genoeg opgezocht. Altijd was ze welkom geweest om op zijn bank een stukje taart op te peuzelen terwijl hij een dia-montage uit haar jeugd op de muur projecteerde. Deze keer had ze helemaal niet aan hem gedacht. Ze dacht aan straks en eten.

Na de verrassende ontmoeting was Tany Minoek! weer 20 en liep weer huppelend in short met Sunny aan de hand naar de poort en wuifde haar de straat uit: "Tot volgende week!" Ze knuffelde de heimwee weg op kamp, las bedverhaaltjes voor en durfde wel eens een gekke pet op te zetten. "Pak het terug, Weemoed!" zei ze, "ik kan het niet maken..." Hij deed het.

Ze stapte op haar fiets en reed vol schaamte richting Heden. Toen er een auto naast haar stopte om haar de weg te vragen naar de Hukkelstraat, twijfelde ze even. Ze was toch zelf ook verdwaald? Ze wees de dame de weg en zag te laat dat Meneertje Weemoed het hoofd schudde en verdween. "Hé," riep Tany, "waarschuw je me de volgende keer wel even?"

Ze was hier en nu volledig van de kaart.

maandag 16 juli 2007

II

De dichter die eigenlijk liever een schilder was geworden, zat voor zijn schildersezel en schilderde een zomers tafereel: een tuin met hier een daar een toefje blauwgroene poëzie. Niet alleen zijn eigen gedichten kregen een plaats. Nee, hij schilderde zo ongeveer 23 collega-dichters met publiek (inclusief één hond) om zich heen.

Hij bekeek ze eens goed, zijn collega's in de poëzie: ze hadden bijna allemaal een glas (alcohol) in de handen, waren druk in de weer met hun sigaretten, fans en gepensioneerde connecties. Ze praatten en gunden hem, hun schepper, geen blik, geen dank. Voor hen zat hij er niet.

Sommige bezoekers (post-menstruele dames vooral) zochten en vonden poëzie. Ze ontdekten dat met een ontluisterende bewondering. Hij gaf ze een rode kleur. Anderen (naïeve roze meisjes dan) begrepen niet alles maar gaven dat gelukkig niet toe. Ze keken sluiks de desbetreffende witte dichters tussen hun lakens. Die lieten dat met graagte toe. Enkelen (ambitieuze paarse muzen natuurlijk) merkten de dichter die eigenlijk liever een schilder was geworden, op. Hij schoof er zo opvallend uit, uit die tuin. Ze wilden hem wel op de schouder tikken, klinken op zijn mooi gedicht maar doe je dat wel met schilderende dichter?

Tegen het einde van de avond zuchtte hij zijn beeld tot leven en keek nog één keer om. Eén verlegen uitroepteken zag zijn onopvallende vertrek, groette hem in stilte.

zondag 15 juli 2007

I

Terwijl gisteren de helft van de Belgische bevolking een glimp probeerde op te vangen van Kom Cleesters in witte bruidsjurk, maakte Tany Minoek! zich op voor een nachtje 'tent-poëzie'.

Het was een eeuwigheid geleden dat ze nog eens in een tent zat. En daarmee bedoelt ze niet een mooi gestreepte circustent of een open receptie-tent. Nee, zo'n échte tent die je zomaar in je eentje kan opzetten - als er geen pottenkijkers in de buurt zijn tenminste. Zo'n tent waarin je krekels en burengeluiden kan horen. Zo'n gezellige tent.

De laatste keer dat Tany daarin lag, lag een vriendin naast haar te mokken omdat ze zich onsterfelijk belachelijk had gemaakt. Tany had haar beloofd dat ze die tent alleen kon opzetten. Dat lukte natuurlijk niet, zodat de andere campingbezoekers de twee meisjes hadden uitgelachen en uiteindelijk de tent hadden opgezet terwijl de meisjes in het gras toekeken. Heel het weekend was verpest. En wat bleek: ook hun vriendschap.

Nu zou Tany Minoek! in zo'n tent gedichten voordragen in de vroege nacht. Ze wist niet of er weer een mokkende vriendin naast haar zou liggen. Maar ze verheugde zich op de geur van gras en hoopte op z'n minst op iemand.

En wat bleek? Het was een lichtgevende tent omsingeld met poëtisch gefezel, beleefd gegiechel en af en toe gezellig kikkergekwaak. Zo'n tent waar ze eigenlijk had willen blijven...

PS: Er waren natuurlijk wel weer mokkers in de buurt. Die hadden liever meer publiek en minder gras. Ze hadden ongelijk.

maandag 9 juli 2007

Kortrijk Congé

Kortrijk Congé - Dichter kan het niet - Bij dichters op schoot (met Lut de Block, Frank de Crits, Alain Delmotte, Joris Denoo, Arne Deprez, Philip Hoorne, Tine Moniek!, Paul Rigolle, Olaf Risee, Xavier Roelens, Willy Spillebeen, Toon Vanlaere, Jan Van Meenen en Herlinda Vekemans)
- 23u tot 2u - gratis - in de tuin van Hotel Messeyne, Groeninghestraat 17
hoe zij langzaam zwanger wordt:

ze neemt een naald en prikt een zucht
haar buik bolt haar navel puilt
lucht blaast door rietje namen door
de huid 'beelzebub' en 'gokchinees'

- wanneer houdt dit zwellen op? -

ze houdt de adem in bij ieder onderzoek
hoort de vrucht sonates krijsen - wil er uit
maar moet wachten tot het bloeden zal
in haar jonge ongeschonden meisjeskeel

dan wordt de wieg hoog weg gezet
naast potten, pannen, vruchtenthee
er komen nog meer negen maanden
ze wil het wel - wil het niet meer - niet

Tine Moniek!
2007

TINE ZIET (414): Intiem vieren

Toen ik vorig jaar 44 was geworden, was ik nogal onbezonnen aan het project #365dagenvanvieren begonnen, waarin ik elke dag op Facebook een ...