maandag 26 december 2022

TINE ZIET (353): Spekglad

Een ritje met de trein afgelopen weekend maakte nog eens duidelijk dat we in ons land toch zo slecht voorbereid zijn op weersveranderingen.  Treinen werden bijvoorbeeld afgeschaft door problemen met de vrieskou. Meer dan vierentwintig uur reden er geen treinen tussen Menen en Poperinge door beschadiging van de bovenleiding. Het was wel degelijk koud, maar het kan nog stukken kouder. Dat belooft! Als ons degelijk spoornet nu al sputtert, hoe vergaat het ons als de klimaatschommelingen zich zoals voorspeld blijven uitbreiden? Hoe is het in godsnaam mogelijk dat we met kwalitatieve materialen en goed doordachte plannen zo weinig marge hebben?

Er zijn allerlei moderne snufjes. Elke dag is er wel ergens een upgrade. Het item ‘weersomstandigheden de baas kunnen’ blijft fluks ter plaatse trappelen.

Zondagavond stapte ik uit in Kortrijk. Na meer dan 6 uur reizen, bleek al bij de eerste stap buiten het station dat alles spekglad was. Ik zag reizigers vallen en nog eens vallen.  Zelf schuifelde ik als een gecrispeerd oud vrouwtje van fiets naar fiets en muurtje naar muurtje tot ik ontdekte dat het stukken makkelijker wandelde op het fietspad. Daar was wel gestrooid. Hoe was eigenlijk buitengewoon onverantwoord dat aan een dergelijk druk station de voetgangers aan hun lot overgelaten waren.

Dit is geen sneer naar de NMBS. Bij de Nederlandse buren werden er ook massaal treinen afgeschaft. Mijn angst beperkt zich niet niet exclusief tot het spoornet. Wat met onze huizen? Hoe worden die weerbaarder tegen regen en wind? Misschien is niet verkeerd dat ingenieurs en projectontwikkelaars zich in de zeer nabije toekomst meer laten inspireren door de accommodatie in Siberië bijvoorbeeld. Of door de bouwplannen van de piramides, die ondanks de hitte en de zandstormen overeind bleven. En nu we toch bezig zijn: schoenen die zich aanpassen aan alle soorten wegdek, waar blijven die?

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  23/12/22) 

dinsdag 20 december 2022

TINE ZIET (352): Vrieskou

Het was toch schrikken van die eerste vrieskou. Ook al was het aangekondigd. Er stond een wandeling op het programma en dan is het opeens zoeken naar die warmste jas, de nekverwarmer, het thermisch ondergoed en de wintersokken. Want waar had ik die ook alweer gelegd? De ruiten van de wagen moesten met een ijskrabber aangepakt worden. Bijgevolg was er praktische vertraging. Ook mentaal was het net alsof ik wat vast gevroren was aan mijn keukentafel en al mijn spieren voelden allemaal wat strammer. Temperaturen onder het nulpunt zorgen voor gedonder.

Het is geen toeval: volgende week start de Warmste Week. Dit jaar met een extra trui aan binnenshuis. Er werd voor het thema ‘kansarmoede’ gekozen en voor het eerst springt ook Stad Menen met Jess FM op de kar. Men gaat 5 dagen radio maken in het stadhuis. Hoe kou het ook is, voor veel mensen wordt het dit jaar nog kouder. Dan doel ik nog niet louter en alleen op het besparen op energie. Naast het feit dat een gedeelte van de bevolking figuurlijk in de kou wordt gezet, moet ik ook bekennen dat ik het koud krijg van het nieuws dat afgelopen dagen in de media verscheen in onze regio. Over dodelijke wonderbonen bijvoorbeeld. Of over een kerstmarkt met een bijzonder wreed kantje. Kansarmoede blijft daarenboven meedogenloos zijn tentakels uitslaan.

Het is misschien wishful thinking maar ik denk graag dat het helpt: samen warme liedjes aanvragen en beluisteren. Het zich opwarmen aan verhalen dichtbij de keukentafel. Kleine acties die in onze eigen buurt een verschil kunnen maken. Dat problemen natuurlijk ook buiten onze eigen regio grote proporties aannemen, dat er bijvoorbeeld meer dan één oorlog is en dat zoveel mensen onrecht wordt aangedaan, wil ik zeker niet banaliseren.  Maar als het ineens zo koud is, klopt een bonkend hart dichtbij ons zoveel warmer. Een knuffel in gedachten, is zoveel steviger in vertrouwde armen.  

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  16/12/22) 

 

maandag 12 december 2022

TINE ZIET (351): Zand

In mijn droom was er sprake van een lade vol onbetaalde facturen en bijgevolg ben ik nu in de veronderstelling dat die misschien wel eens zou kunnen bestaan in dit nieuwe huis. Want wat stopte ik waar ook alweer? In dezelfde droom werd ook weer zes en speelde onbekommerd in de zandberg die mijn favoriete speelplek was.  Ik ben er van overtuigd dat die zandberg me nu alleen nog zou irriteren. Net als confetti kruipt het overal tussen en laat het bijgevolg ook overal sporen achter. Zouden kinderen in deze hedendaagse tijd überhaupt nog van hun ouders uren en uren in een berg zand mogen slijten? Kan ons meubilair dat nog aan en ons parket? Dat ik één stukje uit mijn droom als realistisch beschouw en het andere deel als gezonde nostalgie, heeft natuurlijk te maken met mijn bewustzijn. In deze realiteit gaat meer denken uit naar het (kunnen) betalen van rekeningen dan aan de heimwee naar de kindertijd.

Nu ik de magische leeftijd van 44 beetje bij beetje dichterbij zie komen, neem ik toch meer vrede met dat volwassen zijn. Misschien zit mijn nieuwe thuis daar voor iets tussen. Ook de opportuniteiten om gewoon te doen waar ik zin in heb, groeien dagelijks. Zo kan ik zomaar besluiten om op de trein te springen in het weekend. Of om na een lange wandeling een pizza te bestellen en die met pijnlijke blaren onderaan mijn voetzolen en nagloeiend op de bank op te eten. Die lade uit mijn droom, zou me natuurlijk beperken in die vrijheid en dan zou ik het met die zandberg moeten doen.

Naast het feit dat ik in mijn nabije omgeving geen zandberg ken om me in te gooien, is er gelukkig ook geen dergelijke lade. Al zit er in elk geklepper van de brievenbus wel ergens een risico tot overschrijving of dreigbrief. Nee, liever steek ik dan toch – zeker met de eindejaarsfeesten in het vizier – de kop in het zand. Denkbeeldig. Want soms ligt nostalgie slordig op een versgepoetste vloer.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  09/12/22) 

maandag 5 december 2022

TINE ZIET (350): Alarmerend

Afgelopen week ben ik erin geslaagd om in twee verschillende scholen een alarm af te laten gaan. Al was dat eigenlijk nooit mijn fout. De eerste keer bleken mijn leerlingen en ik opgesloten te zijn. De tweede keer had ik niet bedacht dat er nog mensen in het gebouw waren. Ik was even vergeten hoe hemeltergend dat geluid van een alarm kan zijn. Dat is natuurlijk ook de bedoeling van een beveiligingssysteem. Op heterdaad en loeihard betrapt!

Net voordat ik dit begon te schrijven kreeg ik een mail waarin men mij van voze praktijken beschuldigt. Men dreigt met bijzonder fijne woordenschat dat ik binnen de twee dagen een som van 1200€ moet betalen of dat anders al mijn contacten filmpjes van die praktijken doorgestuurd krijgen. Er gaat dan bij mij een stil alarm af. Niet dat ik bang ben voor de bedreiging op zich, want die beelden zijn er gewoon niet. Wel voor het feit dat ik mijn virusscanner dringend eens moet updaten. En of die dan wel weer zo veilig is?

Wat me in deze misschien nog meer alarmeert is het feit dat de betreffende mail in perfect Nederlands is opgesteld en dat er geen vaag mailadres is aangekoppeld. Waar is de tijd waarin men spam gewoon als spam kon herkennen?  Blauwe pilletjes bij de vleet. Erfenissen van rijke stamhoofden. Het winnen van een of andere loterij. Allemaal in bedenkelijke bewoordingen of onleesbaar in een vreemde taal. Scamming. Sextortion. Internet mag dan wel handig zijn, hoe blijven we ons hier in godsnaam tegen beveiligen?  Al onze persoonlijke informatie hangt in clouds. We besparen op papier en passen naar de brievenbus, ja, maar we zien door alle phishing en spoofing de bomen door het bos niet meer als het onze eigen veiligheid betreft. Bij elke handeling op het wijde wereldse web zou een oorverdovend alarm moeten te horen zijn. Big Brother heeft het naar zijn zin. We zijn nog nooit zo op onszelf gezien geweest.

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  02/12/22) 

TINE ZIET (419): Geduld

Lentezon doet goed. Als ze er is tenminste. Vorige week liet ik zelfs even mijn blote benen uit. Al was dat natuurlijk veel te optimistisch....