woensdag 29 juli 2015

Groeten uit Menen: Menen Wald

Hoe vaak heb ik al niet gedacht: 'Ik moet daar eens naartoe.' Ik was al langs de indrukwekkende poort gefietst, maar toen hing er regen in de lucht... Ik was dan ook heel erg blij dat Dominique me voor mijn reis door Menen voorstelde om mij mee te nemen naar MenenWald,

Als ik bij haar in de auto stap, klinkt de stem van Willem Vermandere uit de speakers. 'De toon is al gezet,' zegt ze glimlachend. We naderen  'Deutscher Soldatenfriedhof Menen 1914-1918' op de tonen van 'duuzenden en duuzenden soldottn'. Ik had dan ook werkelijk geen flauw idee...

Na het openen van de ijzeren poort staat het al te lezen: op dit kerkhof liggen 48 049 gesneuvelde soldaten begraven. 48 049! Dat is wel heel veel Willem! Het is dan ook één van de grootste Duitse militaire kerkhoven. Hier hebben alle doden een naam. Dood is niet anoniem. De plek ligt tussen velden en bomen. Een decor van rust rust op deze dodenakker.

Agnes is ons komen vervoegen. We gaan het kleine ingangsgebouw binnen. Daar vinden we een register waarin bezoekers hun naam kunnen achterlaten. In een speciaal kastje vinden we een tiental boeken met daarin alle namen van de soldaten die op dit kerkhof begraven liggen  We kunnen het niet bevatten dat al die namen hier samen...

Op de grond liggen vierkante arduinen stenen. Op elke steen twintig soldatennamen met hun functie en hun sterfdatum. Daartussen rijzen op bepaalde plaatsen twee kruisen. Tussen de stenen heel veel bomen. We zagen eerst alleen eiken. Maar onderzoek leert dat ook ligusters en tamme kastanjelaars een soort van tranenwoud vormen op het tapijt van zij die vielen in een strijd die nog niet eens zo lang geleden werd gestreden.

Aan de rand van het kerkhof staan af en toe oude zerken. Oude gedenkplaten. Die herinneren ons aan het feit dat de soldaten eerst op andere kerkhoven lagen begraven. Dat ze pas later eeuwige rust vonden in Menense bodem.

Wat opvalt hier: praktisch geen bloemen. Bijna nergens wordt een geboortejaar vermeld. Zodat zij die hier liggen enkel stierven. En wat is het hier koud!

Middenin de dodenakker staat tussen de plaveien, een herdenkingskapel. In die prachtige kapel staan mooie symbolen in bladgoud en mozaiëk. Rond de kapel staan op zerken de verdwenen begraafplaatsen die de soldaten oorspronkelijk bewoonden in hun dood.

We zijn er een beetje stil van geworden. Dan loopt er opeens een man met een fluo-hesje het terrein op. Hij lijkt iets te zoeken. Het blijkt een man uit Moeskroen te zijn. Ik noem hem de bunkerspotter. Hij fotografeert als hobby bunkers die hij met zijn brommertje aanzoekt. Omdat het het einde van de maand is, komt hij maar naar Menen, dat is mooi dichtbij. "Voordelig qua brandstof,' vertelt hij.  Hij vraagt of wij de bunkers weten zijn. Er zijn er hem drie beloofd, maar hij vindt er maar eentje in het veld van de boer. Wij wisten niets van bunkers. Wat opspeurwerk met mijn smartphone leert ons inderdaad dat er vlakbij drie bunkers moeten zijn. Hij loopt het terrein af, de schouders ophalend. Een bunker hoeft toch geen speld in de hooiberg te zijn?

Wij blijven nog even staan. Zoveel doden. Weinig woorden.

Nadat we onze namen in het register achter gelaten hebben, gaan we door de ijzeren poort naar buiten, en kijk: daar stapt de bunkerspotter op ons af. Hij vertelt ons dat hij informatie ingewonnen heeft bij de huizen aan de overkant. De bunkers zijn er niet allemaal meer. Hij reageert ontgoocheld dat hij van zover is gekomen voor slechts één bunker die hij kan fotograferen. Een ander staat blijkbaar te diep in de maïs. Even later kruipt hij bedremmeld op zijn witte brommertje.

Agnes vertrekt op de fiets. Dominique en ik besluiten eens langs de bunker te rijden. Vanuit de auto zien we die opeens opdoemen. We zien tussen de velden een geel fluo-hesje verdwijnen, we glimlachen en verliezen het spoor. We rijden wat rond zonder oriëntatie. We zijn wat bevangen door het gevoel.

Even later zitten we op de Grote Markt in Menen. Elk in de zon met onze aperitief onder het belfort. We mogen gezien worden.  We moeten ons niet in bunkers verbergen. Reizen is klimmen en dalen. In klimmen zit innerlijk vertragen en in dalen plezier.









3 opmerkingen:

In de ruimte zei

Mooi verslag, Tine.

stockman zei

de sfeer is heel goed weergegeven Tine.
Dit kerkhof stemt toch alweer tot nadenken en de woorden 'vrede' 'Frieden' 'Peace' 'paix' 'paz' ... kwamen in ons op... was het maar zo eenvoudig...
't is toch dat wat we allen willen, of niet?
Agnes

Matthias zei

Dergelijke kerkhoven moeten blijven bestaan. Tegen het vergeten.

Matthias

Triptiek Moniek: Tweede Paneel

  Begin vorige zomer werd ik 'verkozen' tot nieuwe seizoenscolumnist van Cultuurcentrum De Steiger. In december 2023 verscheen het t...