dinsdag 16 augustus 2016

TINE ZIET (26): Naamloos

Soms zie je mensen zo vaak passeren, is een gezicht zo vertrouwd, dat het lijkt alsof die mensen een stukje decor van een stad geworden zijn. Ook al werd er nooit echt een woord gezegd, het vertrouwde zegt genoeg. Het is vreemd te beseffen dat ook die gezichten verdwijnen. Dat die decorelementen er zomaar ineens niet meer zijn. Eerst valt dat niet zo op. Je stapt door de straten zoals voorheen. Maar na een tijd begin je te missen. Er ontbreekt iets onderweg. Een wandeling door je stad is niet zoals voorheen. Het kan dagen, weken, maanden duren voor je beseft, wat er op je route niet meer is. Of wie.

Het gaat in dit geval altijd om figuren. Geen gewone figuren. Maar vaste figuranten die je keer op keer weer tegenkomt zonder écht te ontmoeten. Mijn stad kent er heel veel. Voor mij zijn het meestal naamloze personages. Voor een naam woon ik hier soms nog niet lang genoeg. In het beste geval ken ik een lapnaam. Vaak zitten die naamlozen alleen aan een tafeltje of aan de bar en worden ze gemeden. Of ze dolen alleen door de straat. Meestal kromgebogen, een beetje nors, met korte broeken of veel te magere benen. Het kunnen mannen of vrouwen zijn. Soms zie je het verschil niet al te goed. Helden zijn het niet. Ze kunnen goed zwijgen en kijken. Er is een leed te zien of een stil verdriet. Er is vaak ook honger, grote dorst.

Het is op het moment dat je de leegte ziet, dat je schrikt. Dat wat jij zolang als decor zag van vlees en bloed was. Een mens met een verhaal, een achterban, een kloppend hart. Je zou jezelf voor het hoofd kunnen slaan dat je niet een poging deed tot praten. Dat je niet de moeite deed om de mens in het vertrouwde van je stad te leren kennen al was het maar bij naam. Dat je nog niet eens tot ‘Goedendag!’ gekomen bent. Maar dat je je toch kan hechten aan iemand met wie je eigenlijk nooit praat.


Iedere stad, ieder dorp, kent zulke figuranten. Figuren die opeens verdwijnen en met die afwezigheid  een omgeving met verstomming slaat en eensklaps grijzer kleurt. Laten we hen bij naam noemen voordat ze enkel nog in verhalen bestaan. 

(verschenen als column in De Weekbode / De Leie op 12/08/16)

Geen opmerkingen:

TINE ZIET (419): Geduld

Lentezon doet goed. Als ze er is tenminste. Vorige week liet ik zelfs even mijn blote benen uit. Al was dat natuurlijk veel te optimistisch....