dinsdag 9 maart 2010

Forêt Sans Arrêt

Wanneer de kamer zwijgt, zal alles inktblauw het hoofd inschijnen.
Eén slok wordt een rivier die in elke wortel de wilg laat treuren
tot in de diepste gladde huid van het blad dat straks weer valt.

Het hoeft niet te gebeuren. Het moet niet altijd herfst.

Als er maar ooit iemand op het pad woorden zegt die tot in de kamer groeien.
Als er maar iemand met kleur in deze ruimte blijft die oorverdovend zwijgt.

Het treurt hier bomen als een bos. Wie er toe doet lost langzaam op.

Geen opmerkingen:

TINE ZIET (420): Belofte

 Sinds ik in een interview heb verklapt dat ik aan het roman werk, krijg ik af en toe eens de vraag of het nu al wat wordt. Ik moet dan eerl...