maandag 29 juli 2024

TINE ZIET (431): Bleek

Wie goed heeft opgelet weet dat ik vorige week in Polen heb gezeten. Meer bepaald in Krakau. Bij een bezoek aan die stad, hoort een rondleiding in Auschwitz / Birkenau. Niet omdat alle reisgidsen dit zo verkopen, maar ook omdat ik met mijn eigen ogen die vreselijke plek wou zien.

Voor de rondleiding begon, kregen we enkele instructies. Zo moesten de telefoons uitgeschakeld blijven. Fotograferen mocht, maar uit respect kregen we op sommige plaatsen fotografeerverbod. Ook werd ons gevraagd om op sommige plekken te zwijgen. Zelf maakte ik onderdeel uit van een groepje van tien. Maar voor en achter ons waren de groepen groter. Het viel me op, hoe lastig sommige mensen het hadden met deze simpele instructies. Nochtans deden alle gidsen volgens mij erg hun best om te wijzen op de gruwelijkheden die in elk gebouw gebeurden. Ik vroeg me af hoe je in godsnaam tegen een kachel aan kan leunen in zo’n kamer? Of hoe je doodleuk de telefoon kan opnemen in een ruimte waar mensen verhongerden?

In Birkenau was er blijkbaar een ‘schijnbarak’ waar gezinnen gezellig samen leken te wonen. Want ook in die tijd bestond er al publiciteit. Zodat met beeldmateriaal kon worden aangetoond hoe ‘gezellig’ men het daar toch had in Polen! Een jongere vrouw uit mijn groep had uit de hele uitleg in beide kampen blijkbaar alleen maar dit ene stukje begrepen. Want op het einde vroeg ze de gids wat er dan in godsnaam zo erg was voor al die gezinnen. Een man durfde te klagen over de hitte. Verontrustend. Wat ik in mijn groepje zag, gaf wel hoop: het was vooral de jeugd die verbleekte.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  18/07/24)

woensdag 24 juli 2024

Zomersloom: update!


Voor #zomersloom maakte ik al een stapel postkaartjes. Er werd stilgestaan met wandelen, vissen, lezen, kleinkinderen, vriendschap, familie, afwassen, bij kapelletjes, bij ontluikende bloemen,... 




Wil je er ook eentje ontvangen deze zomer? Sein me dan je adres door en waar jij stil voor blijft staan. Dan doe ik (sloom) mijn ding. 


Groetjes!



woensdag 17 juli 2024

Gekrakt in Krakau? - Een reisverslag.

 Afgelopen week vertoefde ik in mijn eentje in Krakau. Hier een eerlijk reisverslag. waarin natuurlijk niet tot in alle details zal worden getreden.

Wat zou het makkelijk zijn om op reis te kunnen vertrekken met een vliegende bol of met een reismachine. De rompslomp die bij een simpele vliegtuigreis van twee uur komt kijken, kost me telkens toch veel moeite en zenuwen. Zo ook nu.

DAG 1: (25 369 stappen)

Mooi op tijd erg vroeg in de ochtend thuis met de trein naar Charlerloi vertrokken. Handig de overstap gemaakt van trein naar bus tot luchthaven. Extra zenuwachtig omdat ik het voor het eerst in meer dan acht jaar ruimbagage moest inchecken. Alles goed nagelezen. Tot twee keer toe vroeg ik aan het personeel of ik wel de juiste richting uit liep en twee keer bevestigden ze dat ik op goeie weg was. Nee dus. Mijn angst was gegrond. Natuurlijk stond ik aan te schuiven in de handbagagerij en kon niet meer terug. Als ik me hier in eigen land al niet goed verstaanbaar kon maken, hoe zou dat dan zijn in Polen? Uiteindelijk werden de vloeistoffen in mijn koffer tot mijn grote opluchting niet gescand, terwijl ik zelf stilaan vloeibaar werd. Zelfs ingescand bleef de wilde paniek en omdat ik niemand van Ryanair vond om mijn probleem rustig aan uit te leggen, vroeg ik maar hulp aan de jongen die de vuilniszakken ververste. Hij zag in dat ik een soort paniekaanval had en bracht me rustig via allerlei gesloten deuren en securityheren terug naar de start. Net op tijd kon ik dan op de juiste manier in het vliegtuig instappen en ik kon bekomen. Dacht ik. Dat achter mij kinderen gilden en de hele reis tegen mijn zetel stampten en naast mij een vrouw zat te huilen had ik natuurlijk niet kunnen voorzien. Ik dacht de hele vlucht door: "Was ik maar bij Frieda thuisgebleven!" Eenmaal geland floten er via een geluidsband vogeltjes op het toilet in de luchthaven in Krakau en dacht ik: "Het komt wel goed!"

Hittegolf in Krakau. Lap! Dat was het eerste wat me opviel eenmaal ik buiten kwam. De simpele wandeling van station naar appartement deed dit kleine meisje nog wat smelten. Gelukkig was het appartement helemaal zoals het was voorgesteld op de foto's van Airbnb. Suikerspinroze: vrolijk en licht! Ik sprong hoopvol de douche in en verkende vol frisse en nieuwsgierige moed de directe omgeving. Glimlachend zat ik niet veel later op een terrasje (Stare Mury, Pijarska 21) te kijken naar witte koetsen en toeristen. Vroeg mijn bed in.




DAG 2: (26  044 stappen) 

Erg vroeg werd ik wakker met het idee dat een van mijn lievelingsdichters Wislawa Swymborska hier wellicht moest begraven liggen. Wat opzoekingswerk bevestigde dit. Niet eens zo ver van mijn appartement!  Na mijn hectische stressdag besloot ik die dag de rust en Wislawa op te zoeken. Opgewekt opende ik het gordijn van de slaapkamer, dat naar meteen daarna naar beneden viel. Oh, nee! dacht Tine Paniekske. Zelf kon ik er niets aan doen: te hoog! Ik berichtte onmiddellijk met de eigenaar die me bedankte voor de eerlijkheid en me verzekerde dat zijn neef dit eerstdaags zou komen herstellen voor een fles sterke drank.

De vond ik een opwekkende gedachte. In een kamer slapen zonder gordijnen leek me uitermate vervelend. Dus ik deed boodschappen en zocht wat extra zomerse kledij. Ik voelde namelijk goed aan dat de inhoud van mijn koffer niet strookte met de weersomstandigheden. Kleren en vloeibare lijven. Geen goede combinatie. 

De wandeling naar het kerkhof (Cmentarz Rakowicki) was lang en zwaar in de zon. Zelfs met nieuwe verfrissende jurk aan en zonnehoed op. Ik vond na lang zoeken het graf van Wislawa en niet veel later kwam een eekhoorntje dag zeggen. Het kon geen toeval zijn.  Het raakte me. Terugwandelen met veel pauzes in de schaduw. Afsluiten met een terrasje (Mavericks, Pawia 3) . Meer zat er niet in. Vier outfits in één dag. Het gordijn was niet hersteld, maar omdat ik vroeg moest opstaan voor een georganiseerde uitstap naar de concentratiekampen, vond ik dat niet erg. 




DAG 3: (18 067 stappen)

Om 6u10 werd ik door Olek van Comfort Tours Krakow opgehaald met een minibusje. Hij pikte nog zes andere toeristen op. Ik voelde me een beetje onwennig in dat busje vol mannen en katers. Onderweg werd gezwegen en ingedommeld. Een gids nam mij in een groepje van tien mee voor een rondleiding in Auschwitz en Birkenau. Indrukwekkende wreedheid waar je stil van wordt. Shockerender dan de plek en de verhalen, waren reacties en gedragingen van andere toeristen. Alsof ze op een filmset rondliepen... 

Eenmaal terug voor de voordeur afgezet, snakte ik naar een douche en bezoekje aan de toiletpot. Maar op een of andere manier geraakte ik niet binnen. Ook hoorde ik muziek uit mijn appartement. De neef die het gordijn kwam fiksen was duidelijk nog aanwezig, hij deed open in bloot bovenlijf en schaamde zich voor zijn aanwezigheid en zijn blote bast. Ik zei dat ik het niet erg vond. Dat was geen leugen.  Een half uurtje later vertrok hij met zijn fles onder de arm naar huis. Net op dat moment was er een eerste onweer. Uitgeput deed ik een dutje. Na het ontwaken was het opgeklaard en wandelde ik terug naar Stare Miastro, de oude binnenstad. Ik kwam er in erg leuke kelderbar (Piwnica Pod Baranami, Rynek Glowny 27) terecht en at een beetje verder een pizza (Pizzeria Cyklop, Mikolajska 16) . Geslaagde en gelaagde dag. 



DAG 4: (18 246 stappen)

Ook hier had ik een uitstapje gepland. Greg van Comfort Tours kwam me om 9u oppikken. Ik bleek de enige gast in zijn busje. Wat ik natuurlijk ook weer een beetje onwennig vond. We reden naar de zoutmijn in Wieliczka. In eerste instantie leek het daar niet druk. Ik kon aansluiten bij een grote groep. Een fijne gids loodste ons via 800 traptreden 9 verdiepingen en ruim 135 meter diep naar beneden. Het was daar lekker fris. Wat er allemaal uit dat zout werd gehouwen was enorm indrukwekkend. De grote kapel vond ik absoluut verbluffend!  Alsook het idee dat dit allemaal lang geleden door mensenhanden werd gemaakt. Een toeristentrekpleister, maar wel een aanrader! Een lift bracht ons weer bovengronds. Opvallend was dat ik geen enkel fysiek ongemak had gevoel bij dat bezoekje. Het was pas weer als de hitte me vol in het gezicht sloeg dat ik wat onpasselijk werd. Een lavendelijsje  (Italianissimo, Lubicz 19) bracht welkome verkoeling.

Later die dag trok ik mijn Roodkapjesschoenen aan om naar een wolf te gaan, die ik bij mijn bezoek aan de oude stad had gezien. Een logo van een taverne. Het bleek om een thema-restauant (Tawerna Wilckzy Dol, Szpitalna 22)  te gaan, alwaar ik me eerst zwaar ongemakkelijk voelde. Helemaal in stijl van 'The Witcher' bevond ik me in een stikdonkere kelder met Middeleeuwse melodietjes. Ik kreeg een boek vol richtlijnen, maar dat las een beetje lastig in het donker. Eens ik geacclimatiseerd was, kocht ik mezelf een 'Courage Potion' dat ik zelf met instructies en bijhorende effecten in elkaar mocht mixen. Wat een beetje raar was zo in mijn eentje. Maar het deed me gniffelen en ik gaf me al snel aan de verhaallijn over en speelde het spel met de verklede barmeisjes mee. Ik at er een burger. Dat ik zwaar smoste bij het eten ervan, zag niemand.  

Dat Courage Potion had blijkbaar effect, want opeens werd ik aangesproken door twee meisjes in cocktailjurken en op een terrasje (Bar Smok, Pawia 3) dichtbij mijn appartement. Ik werd zowaar een soort van  middelpunt en bijgevolg wat overmoedig en liet me er enkele cocktails inschenken. 

Later die nacht onweerde het hevig.




DAG 5: (28 509 stappen)

Op de vijfde dag verkende ik de Joodse buurt Kasimierz en Podgorze zonder kaart en op het gevoel. Dat viel me uiteindelijk een beetje tegen. Ik beklom er de trappen in een park en had een verbluffend uitzicht op de oude binnenstad. Uitgeteld ging ik op een terrasje (Kropka, Rynek Podgorski 4/2) zitten alwaar een vriendelijke ober in gehaakte short me lekker en gezond eten voorschotelde. Met bananenbier. Met hernieuwde moed volgde ik de richting van de mensen en kwam via een erg mooie loopbrug met hangende beelden, terug in een van de fijnste straatjes van Kasimierz terecht. Met keldercafés en fijne eigenzinnige winkeltjes. Toevallig kwam ik daarna terecht op een terras (Zle Maniery, Estery 22) . Vertaling leerde me dat de naam 'Stoute manieren' betekende en dat ik er een biertje had besteld met de naam 'Belgische'. In de wc voor de dames wachtte een muurschildering van Adam me op. De kraan ter hoogte van zijn geslacht. De toon was gezet. 

Alhoewel! Op de terugweg naar het appartement overviel een droefheid me. Een droefheid die ik niet meer weg gekregen heb die dag. Zelfs niet met een broodje. Was het vermoeidheid?




DAG 6: (24 161 stappen)

Ik wou die buurten van gisteren nog eens beter bezoeken.  Op voorhand keek ik naar de kaart en ik zag er enkele plekken in die ik toch nog eens wou zien. Waaronder twee musea in Podgorze, het voormalige ghetto. Ik stippelde een route uit en kwam eerst langs een erg fijne rommelmarkt. 

Had ik mensen durven fotograferen, dan fotografeerde ik het standje van de bejaarde man die naast servies en oud bestek een Poolse Kamasutra te koop aan bood. Of de collectie bijlen die een paar meter verder werden verkocht. Maar ik heb toch schroom om zomaar mensen te fotograferen. Wat een mooie authentieke mensen! Ik werd er weer helemaal blij om! En wellicht had ik er een hele dag kunnen rondlopen. 

Een kilometer verder zag ik de fabriek van Schindler. Ik ging er niet binnen. Wel schoof ik aan bij het Museum van Hedendaagse Kunst (MOCAK, Lipowa 4) dat daarnaast ligt. Wat een fijn museum is dat, zeg! Heerlijk pretentieloos. En wat ontzettend fijn om er in de vaste collectie twee werken van Hans Op de Beeck te zien! 

Daarna bezocht ik het Heldenplein alwaar lege stoelen de leegte symboliseren die er achterbleef toen alle Joden daar ontruimd werden. Om niet lang daarna oog in oog te staan met de Tadeusz Kantor en Jerzy Beres in een gebouw (Cricoteka, Nadwislanska 2/4) dat de twee alle eer aandoet. Boven in de bar zie je trouwens een prachtig panorama! 

Daarna kwam ik weer in Kasimierz terecht. Tussen de dub en de Singernaaimachines (Singer, Estery 20) . Ik besloot er toch een Joods restaurant met live-klezmer te zoeken. Maar ik trapte keihard in een toeristenval en voelde me ondanks het lekkere eten zwaar afgezet. Dat hoort natuurlijk ook bij reizen. Feit is: als ze je aanklampen als je nog maar van op een afstand naar de uitgestalde kaart kijkt, loop dan  maar hard weg! 






DAG 7: (24 229 stappen)

De laatste dag besloot ik om toch eens de rondgang te maken van het stadpark. Een park dat de hele Stare Miastro omvat. Het is wel vijf kilometer lang! Het bestaat uit veel schaduw en bankjes. De ideale plaats om verkoeling te zoeken! 

Ik kwam uit aan het Wawel kasteel en kathedraal omgeven door prachtige bloemen! En op de terugweg slaagde ik er voor het eerst deze trip in om te verdwalen! De route die me al de hele tijd zo simpel had geleken, was nu ineens verwarrend. Ik sloot af met een etentje bij Grootmoeder (Restauracja U Babci Maliny, Szpitalna 38)! En at er dumplings met wodka. 




DAG 8: (11 619 stappen)

En dan tot slot. De terugreis. Met kleine oogjes. Op net nippertje de juiste trein. Een norse beveiligingsagente die me op mijn vingers tikte omdat ik te overmoedig door de beveiligingsdetectoren liep. Ik zal maar eens zelfverzekerd zijn...  Geloof het of geloof het niet: brandweerwagen naast het vliegtuig. Vertraging. Geen reden tot paniek. Vertraging in de lucht in Duitsland. Wateroverlast bij het landen. Regen. Gesloten wc's en volle blaas. Werken aan het spoor.  Een driftige medereiziger die maar 'Fuck België' bleef roepen. Twee uren later dan voorzien terug op eigen bank. 


***

Een reis naar Krakau kan ik zeker iedereen aanraden. De geschiedenis zal niemand onbewogen laten. De stad is behoorlijk klein. Zoveel mooie gebouwen. Voor elk wat wils. Veel is te voet te doen. De pintjes zijn er groot en lekker. De karaffen water stromen er rijkelijk. Alles is er goedkoper. Al hoef je niet daarvoor naar een stad te gaan. Veel mensen leven er in armoede. Dat is duidelijk te merken aan de zwervers op de bankjes. Ze laten je met rust. Slechts enkelen vroegen een simpele zloti. De stad wemelt van de jongeren. Met Engels kan je je goed uit de slag trekken.


Als ik terug zou gaan, en die kans lijkt me reëel,  zou ik op voorhand meer investeren in het spreken van Pools. Het had mijn reis wat aangenamer gemaakt als ik mensen had durven begroeten of bedanken in hun eigen taal. 

Gedurende mijn reis luisterde ik naar Poolse klassiek muziek (wat ken ik verrassend veel Poolse componisten), Poolse Funk en Jazz. Ik las twee romans. De verhalenbundel 'Na de zon' van Jonas Eika en 'Het verstoorde leven' het dagboek van Etty Hillesum, De eerste bundel hielp me de absurditeit van het reizen in te zien. Het dagboek raakte me erg. Het was erg confronterend om dit in de Joodse wijk en de oude ghettowijk te lezen na een bezoek aan de kampen. (Etty Hillesum was een joodse jongedame uit Amsterdam die haar einde vond in Auschwitz.) Ook had ik het geluk om te kunnen Netflixen vanuit mijn bed. 

Ik leun ondanks het feit dat dat vliegen echt niet fijn is, tevreden achterover. Ik voel me weer heel wat verhalen, kleuren, geuren, smaken en beelden rijker! 



TINE ZIET (430): Soloreis

Elke keer als ik op reis vertrek, vervloek ik mezelf. Waarom doe ik mezelf dat toch aan? Ik hou er wel degelijk van om alleen op reis te zijn. Ik gruwel toch altijd weer van dat alleen reizen. Waarom zijn vliegtuigregels bijvoorbeeld niet simpeler?  Afgelopen dagen was ik voluit stresskip. Over inchecken. Handbagage. Ruimbagage. Vloeistoffen. Ineens moest ik zelfs opzoeken of ik nu een paspoort of een identiteitskaart heb. En koos ik wel een fijne plaats om te overnachten? Hoe herken ik een centraal station als dat in een andere taal wordt aangegeven? Het zijn voor kleine dametjes als ik grote verantwoordelijkheden. Soit: als alles goed is gegaan, ben ik als jullie dit lezen op reis in Polen. Als het fout liep, hang ik wellicht dronken op mijn bank en doe ik wel alsof ik Pools spreek.

Het is ronduit belachelijk hoe onbeholpen ik me voel als ik op reis vertrek. Veel vriendinnen vinden me dapper en denken dat ik mijn grote Meense mond ook meeneem. De waarheid is, dat die gewoon op mijn nachtkastje blijft weken tot ik terug ben. Die mond mag ook wel eens vakantie. Eenmaal ik op mijn vakantiebestemming ben en weet dat alles goed is, kan ik pas stilletjes genieten. Ooit lieten een vriendin en ik alles regelen door haar zus. Als verrassing. We wisten onze eindebestemming niet. Dat was op zich best comfortabel. Tot zelfs de treintickets toe kregen we in een mapje aangereikt. Al denk ik dat ik uiteindelijk toch meer voldoening haal als ik voldaan naar huis terug keer en mijn grote Meense mond weer aan kan trekken om op te scheppen over mijn eigen reisavonturen.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  11/07/24)

maandag 8 juli 2024

TINE ZIET (429): Doe voor wel!

Op de eerste dag van de vakantie bevond ik me in een kunstenaarsatelier. Ik kreeg een kleiwerk in de handen gestopt dat ik moest schilderen. In eerste instantie was er paniek want het trauma aan de lessen plastische opvoeding en de bijbehorende angst tot herexamen drongen zich op. Dat een artistieke leerkracht er blijkbaar toe in staat is om iemand te doen verkrampen boven een leeg blad papier of met een schilderborstel in de hand is eigenlijk best straf, bedacht ik toen ik al de tweede blauwe laag aan bracht. We zaten met drie stilletjes te schilderen terwijl Ali Farka Touré te horen was. Er was geen opgelegde opdracht aan gekoppeld. Ik was volledig vrij.

Ik doopte het penseel steeds vrolijker in de verfpotten. Naarmate mijn potje meer kleur kreeg, hoe blijer ik schilderde. Eigenlijk deed dat moment me beseffen dat ik daar eigenlijk graag zat. De strenge blik en de rode balpen van mijn toenmalige leerkracht  waren er niet. Hoewel haar lijfspreuk: “Doe voor wel!” was, was datgene waar ik zo mijn best voor deed nooit ‘wel’ genoeg. Ik behaalde voor welgeteld één kunstwerkje meer dan 6,5 op tien. Veel opdrachten haalden zelfs geen 6.

Of ik nu goed of slecht schilderde, het maakte daar in dat kot niet zo veel uit. Er stonden geen punten op. We waren onder grote mensen. Verhip, dacht ik! Wat ontzettend leuk om daar zo ongedwongen wat te prutsen en ik vervloekte de juf die me dat plezier zo had ontfutseld met haar schuddende hoofd. Opeens werd ik zowaar overmoedig, want ik bedacht daar opeens dat ik misschien wel zoveel meer leuke dingen vervloekte.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  04/07/24)

maandag 1 juli 2024

TINE ZIET (428): Deadlines

Voor het eerst in jaren is het me niet gelukt om bepaalde belangrijke deadlines te halen. Niet alleen vind ik dat erg erg. Ook vind ik het behoorlijk confronterend dat één van mijn persoonlijke motto’s hiermee is verpulverd. Ik geloof namelijk al jaren dat het idee van een deadline me alleen maar positief sterkt. Als ik een deadline heb, presteer ik namelijk op mijn best. Daarenboven heeft die ‘allerlaatsteloodjesstrress’ me eigenlijk nog nooit bedrogen. Dit weekend besefte ik opeens dat dit geloof dus waarschijnlijk gestaafd is op toevalligheden.

Terwijl ik dit schrijf zit ik behoorlijk vast, want de deadlines is nog altijd verstreken en hoe graag ik ook vooruit wil gaan: ik trappel nog altijd ter plaatse. Iemand moet me toestemming geven om mijn eindstreep te verleggen. Het heeft me een onbehaaglijk gevoel want ik ben dat niet gewend. Ik voel me zo’n Donkey Kong die klaar zit om z’n parcours aan te vatten, maar zolang die niet wordt aangeklikt, trappelt hij maar in het ijle. Het maakt me in elk geval erg zenuwachtig.

Voor mij is dit een tijdelijk gevoel. Voor één geval moet ik jammer genoeg een jaar wachten om een nieuw projectvoorstel in te dienen. Dat is jammer, maar dat overleef ik wel. Voor een ander geval wacht ik op een simpele klik van de computer en dan kan heb ik wellicht maximum twee dagen respijt. Dat moet lukken. Desnoods ’s nachts.

 Hoeveel mensen trappelen eigenlijk niet ter plaatse, terwijl ze alleen maar vooruit willen? Hoeveel mensen wachten er niet op een nieuwe eindstreep in dit leven? Maar er is niemand die hen dat geeft.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  21/06/24)

 

 

TINE ZIET (438): Buurman Rudy

Eén van de redenen waarom ik er tegenop zag om buiten te komen tijdens de Wieltjesfeesten was ongetwijfeld het idee dat ik overal kandidaten...