Zondag stond ik net als andere jaren paraat voor de
carnavalsstoet op de hoek van de Koningstraat en de Weststraat. Het is niet
echt een druk punt, dus dat wil zeggen dat ik een goed overzicht heb van alles
wat passeert. Toen de bellenman van Wervik passeerde, stond ik er nog alleen. Algauw
kwamen er mensen uit de buurt bij. Sommigen bleven vanuit hun deurpost of uit
het raam foto’s en filmpjes maken, anderen kwamen ook effectief tot de nadars
om snoepjes te vangen of gewoon om te kijken. Jess FM had mij gevraagd of ik
live verslag wou uitbrengen via de telefoon wat knap lastig bleek met een
trommelkorps en de bulderende beats van carnavalskrakers naast de oren.
Ondanks mijn kritische kijk, moet ik bekennen dat ik het een
hele fijne stoet vond. Er waren echt spectaculaire wagens. Er waren originele
knipogen naar verschillende stadsbesturen. Kleurrijke kostuums. Er was bovenal
enthousiasme. Stadsambassadrice Sofie gooide me een handvol zoetigheid toe. Ik
werd met een WC-borstel en roze wangetjes gezegend. De Prins van de Derde Jeugd
van Poperinge wou met me op de foto. Ik ontdekte
dat de pofbroek blijkbaar weer helemaal in is en ontmaskerde enkele leerlingen
en andere bekenden ondanks hun camouflagepoging.
Tot spijt van wie het benijdt: het fijnste van de stoet dit
jaar was niet de stoet zelf. Ook niet het feestgedruis achteraf, want ik bleef
braaf binnen. Er was een spontane babbel achteraf met een man uit de buurt die
wegens gezondheidsredenen nog amper naar buiten komt maar voor de
Carnavalsstoet graag een uitzondering maakt. Uit nostalgische redenen. Hij vertelde
dat hij zelf jarenlang in een fanfare speelde en dat het hem dus erg veel doet
als er dus een fanfare voorbij marcheert. Het was een onverwacht en welgekomen
gesprek terwijl de straat werd opgeruimd. Ik zwaaide hem uit met de
uitgesproken hoop hem volgend jaar weer op dezelfde plek te zien. Hij hoopte
met mij mee.
Het mooiste aan Carnaval zijn schone ontmoetingen en
verhalen die als confetti blijven plakken. Die neemt geen enkele Groene Ridder
of windstoot mee.
(verschenen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 13/03/20)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten