maandag 24 april 2023

TINE ZIET (370): Pas

Toen ik afgelopen weekend op een zonoverladen terrasje in Charleroi zat, is me iets verschrikkelijk gênants opgevallen. Mijn reisgezelschap en ik loerden naar de mensen om ons heen en opeens begon ik hardop te lachen omdat ik een koppel zag lopen dat precies dezelfde tred aan hield. Alsof ze samen twee benen hadden, pasten de voeten perfect naast elkaar. “Zou dat iets typisch zijn in Charleroi?” gniffelde ik. Groot was mijn verbazing dat mijn compagnon droog opmerkte dat dit overal gebruikelijk is en dat dàt precies de reden is waarom hij zo vaak geërgerd naar me kijkt als we samen wandelen. Met mijn pasjes kom ik vaak achter hem aan kachelen. Ik viel echt compleet uit de lucht. Dat ik vaak achterop geraak, weet ik natuurlijk ook wel. Ik wijt het aan mijn kleine voeten en mijn nieuwsgierige blik. Dat van die gelijke tred leek me onzin. Toen ik evenwel begon te merken dat alle mensen die per twee of zelfs met meer in groep passeerden inderdaad eenzelfde pas aanhielden, schaamde ik me diep omdat ik dit ondanks mijn scherpe blik nu pas op vierenveertigjarige leeftijd heb opgemerkt.

Bij deze wil ik me uitgebreid excuseren aan alle wandelpartners die ik ooit heb gehad of aan alle mensen tout court die naast me wilden stappen maar moesten ondervinden dat ik liever koppig mijn eigen pasjes volg. Nooit eerder werd ik op het gegeven van simultaan naast elkaar schrijden gewezen.    

De rest van het weekend heb ik me proberen te focussen op deze buitengewone ontdekking en ik probeerde naarstig mee te stappen. Vaak blokkeerde ik even omdat de gedachte nog heel erg nieuw is en mijn hersenen duidelijk nog moeten wennen aan dit automatisme dat ik niet verworven heb.  Ik besefte plotsklaps waarom ik gaandeweg al zoveel compagnons de route heb verloren. Zoveel gemiste kansen! Mijn eigenzinnigheid zit niet alleen in mijn hoofd, maar klaarblijkelijk dus ook in mijn benen.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  21/03/23) 

maandag 17 april 2023

TINE ZIET (369): Blik omhoog

Nu de paashaas weer uit de etalages is gesprongen en de voorraadkasten van een gemiddeld huisgezin weer een hamstervoorraad chocolade hebben verzameld, is het ongeduldig wachten op de zomer. Er zijn alweer volop festivals. Zo konden we afgelopen weekend kiezen voor Jiggy Jiggy Open Air in eigen stad of we konden met de trein naar Ieper gaan voor Gevleugelde Stad. Of wie het sportiever wou, reisde even naar de supportersstroken van het wielerfestival dat de kasseien in Roubaix extra laat blinken. Keuze zat! Als er geld is natuurlijk. Want zelfs een gratis festival kost centen. Is het niet het vervoer naar de plek, is het toch de consumpties ter plaatse. Dat hebben we er wel voor over. Weg kost geld en we kozen voor Ieper.

Zaterdag was dat. Binnenprogramma. We moesten van tent tot tent. Het was het pas op een terrasje dat mijn gezelschap opeens bemerkte dat er een koorddanser over de koord liep dat gespannen was tussen het belfort en de Sint-Jacobskerk. Dat het om een verschillende koorddansers ging, kon je van op het terras niet zien. Blijkbaar betrof een koorddansgroep die een record vestigde door de langste afstand ooit tussen twee Belgische gebouwen te overbruggen. Het was al buitengewoon indrukwekkend zonder het besef dat we blijkbaar getuige waren van een stunt. We hadden het in elk geval niet gezien als we waren thuisgebleven of geen terrasje op de markt van Ieper hadden gekozen. Misschien wel achteraf op televisie of in de krant, maar dat is toch niet hetzelfde.

Dat het best wel fris was maar dat er gelukkig sjaals bestaan. Het loont eigenlijk altijd de moeite om zelfs met een aarzelende pas naar buiten te gaan. Al voelt het soms als balanceren op een slap koord nu er weer zoveel mogelijkheden zijn om je naar te begeven. Kiezen is verliezen. Welke eindbestemming je ook koos, doe het: speur naar dat kleine detail, doe het onverwachte en kijk omhoog!

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  14/03/23) 

maandag 10 april 2023

TINE ZIET (368): Godenrijk

Terwijl Hij pas dit weekend zal verrijzen, zag ik hem afgelopen woensdag in levende lijve in Desselgem! God van de undergroundsmartlap Willy Organ stal de show in JH De Jakkedoe. Met slechts één vingerknip kwam zijn publiek letterlijk en figuurlijk aan zijn voeten zitten. Mijn moeder was er samen met mijn zus, nichtje en vriendin trouwens ook getuige van. We keken toe met open mond. Het was buitengewoon indrukwekkend! Een groepje jonge mannen ging op de hurken zitten voor een potje armworstelen met hun idool. Na het optreden gingen ze uitgebreid met hem op de foto.  Eerder had ik er met de band De Spleet opgetreden. Na mijn optreden vroeg mijn moeder verschrikt of al die jonge kerels in de zaal voor mij kwamen. Ik mocht ze geruststellen en verklapte haar dat ze toch vooral voor de hoofdact kwamen. Dat werd dus vanaf de eerste seconden van zijn optreden duidelijk.

Ook andere goden zijn er nog voldoende. Dat is duidelijk te merken in het sportjournaal bijvoorbeeld. Wielergoden bijvoorbeeld mogen ook weer buitenkomen. Leerlingen dromen van een leven als van Lionel Messi. Dankzij Wout van Aert gaan jongeren weer koersen. Ook godinnen mogen meedoen. Of ze nu sportbenen hebben of goddelijke pilaren: ze tellen natuurlijk mee!  Dat dat helden en voorbeelden zijn en geen goden, hoor ik jullie al denken. Is er vandaag de dag nog verschil? Voor mij was mijn god vandaag de zon. En dat vond mijn kat ook. Ze genoot zichtbaar in die plotse nabijheid. Mij deed ze zo kriebelen dat ik voor het eerst alleen – en geloof me vrij: dat is een grote drempel - naar het grootste en betaalbaarste tuincentrum durfde en terugkwam met een koffer vol groen. Ik was trouwens niet de enige. De parkeerplaats stond behoorlijk vol met gelijkgezinden. Samen stopten we een jungle aan hoop in de wagen.  Nu maar hopen dat die IJsheiligen er geen zootje van maken. Vorst is natuurlijk ook een god.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  07/03/23) 

maandag 3 april 2023

TINE ZIET (367): Digitaal

Op het moment dat ik dit stukje schrijf, plaatst men een digitale meter. Dat was niet mijn eigen keuze. Blijkbaar moeten we er allemaal aan geloven. Digitaal regeert de wereld! Wat in mijn wereld begon met digitale thermometers, komt in een rotvaart op me af! Ik ervaar bij mijn vriendinnen stress over die meters en vooral met dat capaciteitstarief dat eraan verbonden is. Soms baart het me zorgen dat alles van ons ergens in een cloud komt te hangen. Naast alles wat er al van me gretig digitaal verzameld werd, komt nu ook nog mijn energieverbruik erbij. Alsof alles ons als het ware ontnomen wordt. Is het normaal dat mensen die dat digitale altijd hebben weggewuifd onder het mom van “Ik kan dat niet!” nu aan het bankloket per overschrijving extra moeten betalen? Komt er een tijd waarin je goedkoper shopt als je met een zelfscan winkelt? 

 Ik ben het type vrouw dat nog koffie in een filter giet als er bezoek komt en de geneugtes van een gerepareerde platenspeler herontdekt na jaren louter digitaal naar muziek geluisterd te hebben. Ik schrijf nog echte brieven. Natuurlijk moet ik er geen doekjes omwinden: ik liet me al een paar keer overhalen en gebruik met graagte sommige digitale kanalen. Het gemak dat dat die me verschaffen went snel. Mensen zeggen wel eens dat alles moet vooruitgaan. Dat is wellicht ook wel zo. Ik schreef het hier al eens eerder, ik ben zo bang dat al die vooruitgang alles naar de vaantjes helpt. Dat niet eens op zo’n lange termijn.  Begrijp me niet verkeerd: ik ben niet de vrouw om met vuurstenen in de weer te zijn en op mijn eigen eten te jagen. Al dat overzicht voor wie bevoegd is – en wie is dat dan wel?  - en even goed een gemak voor wie ons hackt. Hoe lang zal het duren voor er digitale controleartsen bestaan die checken of je wel voldoende slaapt tijdens je ziekteverlof? En of je wel op de juiste virtuele kanalen surft tijdens die specifieke ziektedagen? Wat als er op een dag die cloud ontploft tot een massale big bang? 

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  31/03/23) 

TINE ZIET (419): Geduld

Lentezon doet goed. Als ze er is tenminste. Vorige week liet ik zelfs even mijn blote benen uit. Al was dat natuurlijk veel te optimistisch....