De dag dat hij spreekt, schiet ze.
Niets aan te doen. Het is een aard.
Het kolkt al zo lang. Het bruist er maar uit.
De weken verstrijken. De maanden verglijden.
Ze wordt er ook niet jonger - lees milder - op.
Dus als hij spreekt, zal hij dat weten.
Niemand mag zomaar ongestraft het zwijgverbod negeren.
Niemand mag zomaar met woorden om haar oren slaan.
Als hij het zegt, is de kans op rust verkeken.
Zullen haar ogen grote gaten slaan.
Zij wil het graag, maar weet het zelf nog niet.
zondag 25 oktober 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
TINE ZIET (420): Belofte
Sinds ik in een interview heb verklapt dat ik aan het roman werk, krijg ik af en toe eens de vraag of het nu al wat wordt. Ik moet dan eerl...
-
Omdat enkele vrienden met hun band NeXt op Ratrock optraden, besloot ik nog eens mijn bottines en netkousen uit de kast te halen en me naar ...
-
Toen ik twaalf jaar geleden naar deze stad verhuisde, verklaarden mijn familie en vrienden me gek. Ze dachten toen al dat ik naar de margin...
-
In mijn klassen heb ik een erg mondige leerling die er erg trots op is dat zijn vader in een ambachtelijke slagerij werkt. Elke les wordt we...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten