Dat het hoofd een kop kan zijn.
Het been een poot.
De mond eensklaps een muil.
Adem beweegt niet enkel borsten meer.
Speeksel niet de hand tot vegen.
Wie dacht wil enkel gevend nemen.
Wie zweeg: grommend kleine dood.
Lakens kneden oorlog in een bed.
Lichaamsdelen grijpen bij de keel.
Totdat uit het niets een hond verschijnt
Hijgend blaft hij de dingen weer tot orde
tot rusten tot sussen en waar hij zelf het
hardst om kwispelt: tot Adams grote schaamte.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
TINE ZIET (420): Belofte
Sinds ik in een interview heb verklapt dat ik aan het roman werk, krijg ik af en toe eens de vraag of het nu al wat wordt. Ik moet dan eerl...
-
Omdat enkele vrienden met hun band NeXt op Ratrock optraden, besloot ik nog eens mijn bottines en netkousen uit de kast te halen en me naar ...
-
Toen ik twaalf jaar geleden naar deze stad verhuisde, verklaarden mijn familie en vrienden me gek. Ze dachten toen al dat ik naar de margin...
-
In mijn klassen heb ik een erg mondige leerling die er erg trots op is dat zijn vader in een ambachtelijke slagerij werkt. Elke les wordt we...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten