Om eerlijk te zijn, zijn weermannen en -vrouwen voor mij een beetje onbekenden geworden. Ik kijk eigenlijk nooit meer echt televisie. Op mijn telefoon heb ik een appje voor het weer. Dat check ik meestal pas als ik ga wandelen. Het was voor mij dus een complete verrassing toen het zondag opeens zo koud was en dat het dan ook nog eens kouder werd, had ik helemaal niet verwacht. Hoewel ik ooit geboren werd in Maria Voorzienigheid ben ik zelden voorzienig. Een zak strooizout om mijn stoep sneeuwvrij te maken, had ik natuurlijk niet in huis. Bijgevolg reed ik dinsdag schuifelend naar allerlei zaken om daar aangekomen te merken dat er nergens strooizout te verkrijgen was. Wel was het al volop lente in de rekken: tuinmateriaal en paasdecoratie. Even twijfelde ik om een zak keukenzout te kopen: dat zou z’n werk toch ook wel doen, zeker? Pas toen herinnerde ik me dat ik in ons stadsmagazine gelezen heb dat er strooizout te verkrijgen is bij de Technische Dienst en in het containerpark. Dus het komt in orde, voor deze column is verschenen. Althans dat mag ik hopen. Ik mag dan wel slechte voorbereidingen getroffen hebben, ik mag toch hopen dat anderen wel op een strenge winter voorzien zijn.
Voor mijn buurvrouw kwam het ook totaal onverwacht.
Maandagavond opende ze haar voordeur toen ik met mijn auto voor de deur stopte.
Op haar slippers slipte ze over een ijsplek en trok in haar val de drie fietsen
voor haar deur mee. Het duurde niet lang voor ze weer op stond. Ik had willen
zeggen dat ze voortaan ook haar stoep sneeuwvrij zal moeten maken. Maar dan had
ik ongetwijfeld ook gezegd dat je beter geen drie fietsten tegen een gevel
plaatst in onze straat omdat er vaak mensen met wandelrekjes passeren. Dus zei
ik maar niets. Behalve dan: “Ca va?” Ze
knikte en greep naar haar billen. Als ik
een zak gevonden heb, zal ik ook voor haar deur strooien.
Met Valentijn in zicht, wens ik niet nog meer blauwe billen.
(verschenen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 12/02/21)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten