Waar waren jullie? Lagen jullie in bed? Zaten jullie ergens vrolijk te ontbijten? Ruimden jullie de sporen op van een of ander nijdig feestje? Of probeerden jullie iets op te vissen uit de rivier die ooit blonk maar de hele afgelopen zomer stonk? Vreemd te beseffen dat als iets niet meer moet, dat het dan ook veel minder hoeft.
We zouden wel kunnen stellen dat een stem er misschien niet
meteen toe doet. Dat we moe zijn van affiches en slappe handjes. Dat politiek
een pot nat is. Dat er teveel tussen pot en pint wordt bedisseld. Teveel valse
beloftes… Dat onze stem toch nooit is vertegenwoordigd. Heeft het allemaal wel
zin?
Maar we worden toch allemaal wakker in dezelfde stad waarin
door een stadsbestuur wordt bepaald hoe snel er wordt gereden in een straat? We
feesten allemaal graag, maar beseffen soms te weinig dat een stadsbestuur over bijvoorbeeld
sluitingsuren waakt. Over fietspaden. Over budgetten. Over vergunningen.
Gemeentepolitiek kan misschien niet de wereld redden, maar vraagt zoveel meer
dan het dragen van dat lint.
Wie werd verkozen moet het nu maar doen: het gezicht worden
van een stad waarvan bijna de helft van de bevolking het niet eens de moeite
vond om voor een stadsbestuur te kiezen. Je nek uitsteken voor wie de kop
liever in het zand steekt, hoe dapper moet je daar dan niet voor zijn? Ik wens
hen allen goeie moed.
Eén keer per zes jaar kan een stem wel degelijk een verschil
maken. We zijn blijkbaar schaamteloos de baas van eigen navel geworden en
verloren daarbij onze burgerzin.
(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 17/10/24)
1 opmerking:
De nagel op de kop...
Een reactie posten