Deze dagen rijd ik de laatste kilometers met mijn trouwe automobiel. Ondanks het feit dat mijn bolide de laatste weken nooit eerder zo geblonken heeft en heel wat befaamde kaartjes tussen de ruitenwissers mocht ontvangen, werd hij afgekeurd om op onze wegen te rijden. Volgens de almaar strengere normen vervuilde de wagen veel te veel. Kijk, als het zo zwart op wit staat, dan moet je het wel een keer onder ogen zien en de knoop doorhakken: dan zoek je een ander en minder vervuilend exemplaar. Want vervuilen doen ze - elektrisch of niet - allemaal.
Wat veel mensen niet weten, is dat specifiek deze wagen voor
mij symbool staat van autonomie. Het was de eerste aanschaf
van vier wielen zonder de keurende blik van mijn vader erbij. Voor iemand als
ik, met weinig kennis over auto’s is het zaak om te kunnen vertrouwen op
instinct, enkele opzoekingen en advies van vrienden. En je garagist natuurlijk. Er zijn zoveel dingen die anderen onmiddellijk zien, maar waar ik nauwelijks op let. Dat
heb ik overigens niet alleen bij vervoerstuigen. Ik durf dat grif toe te geven.
Het feit dat iemand als een vader naast je staat en z’n duim in de lucht
steekt, geeft natuurlijk meer vertrouwen.
Een auto vervangen door een andere, betekent altijd het
afsluiten van een hoofdstuk. Bij het laatste ritje naar de garage zal ik
bemoedigend op het stuur kloppen en dankbaar zijn voor het feit dat ik meestal
veilig en wel op mijn bestemming geraakte zonder veel gesputter. Ik kan je verhalen vertellen over wat erin
gebeurde en waar de auto me naar naartoe bracht. Sappige verhalen zijn dat
niet. Maar vraag me niet naar bouwjaar,
pk en kilometers.
En na dat eerste ritje zal ik ongetwijfeld in de wolken
speuren naar een opgestoken duimpje. Zie ik het niet, dan is dat mijn
eigen schuld. Zo gaat dat met zelfstandigheid.
(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 18/08/23)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten