Het is elke keer weer schrikken als er een storm komt
aanwaaien. Ook al werd die aangekondigd. Opeens blijken grote bomen niet meer
zo sterk te zijn. Een dak niet meer voldoende beschermend, een ruit niet
onbreekbaar en een muur zo soepel als karton. Met de krachtigste windstoot
wordt alles kwetsbaar. Alles waarop we als het windstil is bouwen, wordt opeens
één wankel kaartenhuis. Het raast en het kleppert. Het ratelt en het huilt
tussen de luiken. Alles wat los staat, is opeens vrij te ontsnappen. Als de
wind weer gaan liggen is, rest er opluchting of puinruimen.
Toen het zondag zo hard woei, zat ik gelukkig niet in een
bootje maar veilig op de trein. Ik reisde van Utrecht naar Menen. In die
treinrit van ruim vier uur met de nodige vertragingen door de wind, wervelden
mijn gedachten op het spoor. Niet alleen vroeg de dramaqueen in mij zich af of
mijn huis er bij thuiskomst nog wel zou staan ook stoven allerlei losse
dakpannen in gedachten. Een draaikolk van onrust in mijn hoofd. De hele rit
door. Dat komt voor.
Dan kom je thuis en neemt de schade op de terugweg op: die
valt best mee. Onderweg verraden herfstbladeren dat ze wel heel hard in de hoek
werden geblazen. Opvallend meer takken liggen aan je voeten. Het enige wat je thuis ontdekt, is dat
wortels van een plant niet zo stevig in de bodem zitten als je wel dacht. Voor
de rest valt alles gelukkig mee. Je zou
in een ontspannend schuimbad willen zitten. Ademhalen. Dat je geluk gehad hebt als je het vergelijkt
met foto’s uit de krant of op TV. Helaas: je hebt geen bad en ook geen schuim
dus je drijft dan maar op warme thee.
Al bij al is een windhoos bij ons vaak nog een storm in een
glaasje onbekommerd water. Alleen die puinhoop in gedachten moet nog worden
opgeveegd. Hoewel niemand die kan zien, neem je er geen vrede mee. Wat moet je
er mee? Dat je niet in een land leeft waarin tornado’s woeden. Daar ben je heel
erg dankbaar voor. Maar in een enkele gedachtenstroom kan het harder waaien dan
je zou vermoeden.
(verschenen als column in de De Weekbode / De Leie op 25/11/16)
(verschenen als column in de De Weekbode / De Leie op 25/11/16)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten