Ze dacht nog zo: Ik doe het niet. Dit is té van mij.
Schrijf dan over benen als het zo nodig moet.
Een slappe buik desnoods. Scheve mond die slurpt.
Of over machines die bewegen. Fontein die ademt.
Een weggeschoven laken met niets dan bloed.
Laat haar verder maar niet op dit papier.
Hoe verward ze was, is ze zelf vergeten.
Onrust in de ogen en angst voorbij de polsen.
Wel iets over schoenen en ongelukkig morsen.
Zo moeizaam als ze gaat, zo praat ze niet.
Ze zegt het steeds en veel en weer opnieuw.
Dochter knikt geduldig, vader luistert mee.
Meer van haar bestaat er niet.
Momenteel klopt het voor twee.
zondag 6 december 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
TINE ZIET (420): Belofte
Sinds ik in een interview heb verklapt dat ik aan het roman werk, krijg ik af en toe eens de vraag of het nu al wat wordt. Ik moet dan eerl...
-
Omdat enkele vrienden met hun band NeXt op Ratrock optraden, besloot ik nog eens mijn bottines en netkousen uit de kast te halen en me naar ...
-
Toen ik twaalf jaar geleden naar deze stad verhuisde, verklaarden mijn familie en vrienden me gek. Ze dachten toen al dat ik naar de margin...
-
In mijn klassen heb ik een erg mondige leerling die er erg trots op is dat zijn vader in een ambachtelijke slagerij werkt. Elke les wordt we...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten