woensdag 2 september 2009

Hoofdstukje (3)

Wat de mannen op het dak zagen:

Een naakte vrouw met in haar handen een hoofd. Niet het hare.
Ze slaapt. Het hoofd gaapt. Maar als in een flits de vrouw haar ogen opent, sluit het hoofd de mond terstond. Doet alsof.

De vrouw lacht. Knijpt zachtjes in de neus. Zegt wat in het linkeroor.
Wat ze zegt, dat is is een raadsel. Maar ze fluistert, lijken ze vanop dat dak te zien.

Net voordat ze het hoofd weer in haar beide armen houdt, kust ze zacht de lippen.

Als zij later slapend droomt, draait het hoofd heel voorzichtig op zijn rechteroor. De mannen op het dak zien één open oog en in die blik een duim ophoog.

Geen opmerkingen:

TINE ZIET (447): Euforie

Er zijn weinig dingen die zo kunnen opladen als een wandeling. Zeven jaar geleden had ik dit nog een uitspraak gevonden die bij de dagtrippe...