maandag 20 oktober 2025

TINE ZIET (495): Maandagsongeluk

Maandag was ik vroeg uit de veren en moest me te voet door de schoolgaande jeugd, de mama’s met kinderwagens en de steps naar de tandarts begeven. Op mijn weg daar naartoe liggen verschillende scholen dus ik was bijna voortdurend omgeven door vaders op sloffen en ochtendchagrijn. Leedvermaak voelde ik niet. Wie gaat er nu graag naar de tandarts? Al werd ik natuurlijk wel nostalgisch bij het werpen van een blik op de speelplaats. Het was nog vroeg, dus die speelplaats liep nog niet boordevol fluohesjes. Onbekommerde tijd.

Toen ik even later met opgeschoonde tanden en twee afspraken rijken uit de gloednieuwe tandartsstoel gestapt was, botste ik op leerlingen die rondjes aan het lopen waren op het Vander Merschplein en ik besefte dat dat misschien het ergste was, wat mij had kunnen overkomen: het eerste lesuur van de week, de sportlegging in en voor iedereen te kijk rondjes moeten lopen om het plein. Nee, dan valt één klein gaatje in je gebit laten ontdekken nog mee.  

Opeens dacht ik aan mijn directeur die op dat moment wellicht het eerste doorlichtingsgesprek had met een inspectieteam en bedacht dat dat alles bij elkaar misschien toch het minst prettige was. Het is een combinatie van alle maandagsongeluk bij mekaar dat een mens kan overkomen. Met de billen bloot een week vol controles in. Ik durf het bijna niet te schrijven maar nee, ik zou nog liever rondjes lopen.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 16/10/25)

 

maandag 13 oktober 2025

TINE ZIET (494): Herfstdip

De plaids zijn weer uit de kast gekomen. Ook de wollen truien. De nylons. Het wordt kouder. Mijn hoofd staat al op de waakvlam, maar ik stel het nog even uit. Hoelang? Dat valt te bezien. Soms voelt het als een wedstrijd. “Hebben jullie de verwarming al aan?” “Oh nee, jullie wel?” Alsof wie het allemaal wat uitstelt, een prijs verdient. Mij gaat het natuurlijk niet om te winnen. Ik denk natuurlijk in eerste instantie aan mijn factuur, maar bovenal wil ik voorlopig het zomergevoel nog niet loslaten.  We kennen maar twee tijdperken: het tijdperk mét en dat zonder verwarming.

Soms ben ik jaloers op mijn kat Frieda. In de tuin en in huis spot zijn spontaan de zonneplekjes. Ze nestelt zich graag op dekentjes, papieren zakken en vlijt zich graag tegen mij aan. Ze hoeft natuurlijk geen rekeningen te betalen. Anderzijds wordt ze in dat koudere tijdperk misschien meer ongewenst aangeraakt en moet ze het maar doen: dat almaar schoonlikken van al dat haar! Ik verslik me nu al in een simpel wimpertje.

Woensdag had ik met mijn jongste leerlingen over geluk en opeens kwam de herfst ter sprake. Dat mensen in de herfst zich precies wat zwaarder voelen. “Hoe zou dat komen?” vroeg ik. Iemand zei: “Nu ja, als al die bomen in hun blootje staan, is dat erg verdrietig natuurlijk. Ik zou ze willen aankleden, maar dat gaat niet. Dat is erg droevig voor die bomen: ze hebben het vast heel erg koud. Maar ook voor mij, want ik zou ze liefst warm willen houden.” Simpele woorden uit een kindermond. Laat ons de bomen aankleden en hou zo je eigen herfstdip tegen!

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 09/10/25)

maandag 6 oktober 2025

TINE ZIET (493): Waterdate

Vrijdag zag ik iets opmerkelijks aan de kassa van het warenhuis. Een meisje, vermoedelijk zelfs een oud-leerlinge van lang geleden, want ze  kwam me ergens bekend voor, legde meer dan acht grote waterflessen in het karretje. Allemaal van andere merken. Ze zag de verbazing van de kassajuffrouw en wou zich op een of andere manier verontschuldigen. Ook naar mij toe.  “Tja”, zei ze, “mijn vriend drinkt graag water en ik wil hem vandaag imponeren.”

Het lijkt me geweldig en ik kon het me zo voorstellen dat ze voor het eerst haar lief op bezoek kreeg in haar huis. Dat ze hem op voorhand zenuwachtig had gevraagd: “Wat drink je graag? Dan haal ik het in huis voor je.” Hij had dan wellicht gezegd: “Water is goed genoeg.” Zij dacht dan wellicht: Maar welk water? Ik kon me de situatie al voor mij zien dat hij dan op die date  haar koelkast zou opentrekken en daarin alleen maar flessen water zou zien staan. Allemaal voor hem en dat hij zou denken: Wat fijn dat ze zoveel moeite voor me doet. Zo had ik het helemaal niet bedoeld.

Zelf heb ik me nog nooit zo uitgesloofd voor een date, geloof ik. Misschien ook daarom dat ik er zo weinig heb. Ik haal meestal wel wat bijzonders in huis. Met mate. Maar geen heel arsenaal aan keuze. Het zou wat zijn, zo voor het eerst bij hem op bezoek. Dat hij me zegt: “Neem maar wat uit de kast.” En dat ik daar dan al mijn favoriete drankjes  bij elkaar zou zien staan. Nee, dat kwam niet goed. In mijn geval. Maar met enkel water, komt er misschien toch ook een kater.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op 02/10/25)


TINE ZIET (495): Maandagsongeluk

Maandag was ik vroeg uit de veren en moest me te voet door de schoolgaande jeugd, de mama’s met kinderwagens en de steps naar de tandarts be...