Er zijn weinig dingen die zo kunnen opladen als een wandeling. Zeven jaar geleden had ik dit nog een uitspraak gevonden die bij de dagtrippers van het TV-programma ‘In de Gloria’ paste. Dankzij de pandemie heeft mijn kleerkast zowaar een ‘wandel-compartiment’ dat stilaan uit z’n voegen barst. Zondag was ik een van de vele mensen die met wandelschoenen in de koffer naar De Kleiputten trok. Het terrein is zo uitgestrekt dat ik dikwijls het gevoel had toch in mijn eentje te zijn. Wellicht vinden veel mensen dit een angstvallig idee, want van alle mensen die ik tegenkwam, was ik een van de weinigen die alleen was. Het enige moment dat in zo’n solo-wandeling altijd wat beangstigend (als mens zonder oriëntatiegevoel) is het besef dat je moet zorgen dat je voor het donker wordt terug moet zijn. Vooral als je dat alles zonder bewegwijzering doet.
Het leuke aan wandelen in de Kleiputten is dat er een
duidelijk en veilig pad is, maar dat er ook een mogelijkheid is om meer het bos
in te gaan en dus het parcours wat spannender te maken. Dat is natuurlijk geen
safari maar door de bochten en de afleiding van echt in de natuur te zitten,
verlies ik dan toch alle richtingsgevoel. Dat ik daar toch voor koos en het
almaar donkerder werd, is natuurlijk geen verrassing in dit verhaal. Dat alle
bomen op elkaar lijken is een feit. Heel even was er dus de befaamde paniek.