maandag 27 januari 2025

TINE ZIET (457): Grenzen aan huppeltijd

Wandelen is goed voor lijf en gemoed, al kan het toch wel eens fout lopen… De laatste dagen was ik dus voluit strompelend te zien in onze straten. Daar zit hielspoor voor iets tussen. Hoogst onaangenaam is dat! Vooral nu ik mezelf een schouderklopje had gegeven met de woorden:” Goed bezig, Tine!’ toen ik alweer de  beoogde 10 000 stappen had gezet. Nu schipper ik dus tussen rusten, manken, balmassage, hielkussentjes en sportschoenen in en haal amper 7000 stappen. Ik besef dat ik me daar niet blind op moet staren en dat er dingen zijn die veel erger zijn dan dat.

Maar mag ik dit dan buitengewoon frustrerend vinden? Vooral nu ik in volle voorbereiding zit om een monoloog te brengen op het leraarsconcert begin februari. Teksten memoriseren gaat toch beter als je vlotjes mobiel bent. Ik leer beter uit het hoofd als ik rondstap of fladder. Liggend op de bank leert het stukken lastiger. Gelukkig zijn we creatief.

 De tijd waarin ik kon opscheppen met mijn olifantengeheugen is trouwens al grondig verstreken. Zelfs de grootste olifanten blijken te krimpen en te verschrompelen. Zeker als ze hinken. Al is dat wellicht niet officieel gerelateerd. Feit is wel dat over enkele weken jarig ben met het idee dat ik dichter bij mijn pensioen sta dan bij mijn studietijd. En dat er duidelijk grenzen zijn aan mijn huppeltijd. Netjes drink ik mijn gembercitroensap en slik extra vitamine D. Mijn hoogbejaarde kat Frieda neemt daar spinnend naast mij vrede mee maar ik weet nu al dat ze over enkele uren haar dagelijkse portie kolder in de kop krijgt. Er is nog hoop.

 (verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  23/01/25)

maandag 20 januari 2025

TINE ZIET (456): Vampier

Zondag liet ik me vrijwillig tot drie maal toe in de nek bijten door een enge succubus. Het betrof geen lugubere inzameling voor het Rode Kruis. Ik ging in de Budascoop naar maar liefst drie verschillende versies van de film ‘Nosferatu’ kijken. De eerste versie werd gemaakt in 1922, de tweede versie kwam uit in mijn geboortejaar 1979. De laatste versie kwam net uit. 

Vrees niet: ik heb zelf geen bloedzuigerambities. Ik ben eerlijk gezegd zelfs niet zo tuk op de horrorfilms van tegenwoordig. Oude horrorfilms daarentegen fascineren me wel. Vooral het feit hoe er met weinig techniek suspens geproduceerd wordt, boeit me. Zo vind ik het bijvoorbeeld spannender om het bijten in de nek niet echt te zien maar om dat aan mijn eigen verbeelding over te laten. De meest recente film zit natuurlijk vol special effects. Het publiek is dat inmiddels al zo gewend dat het erg vreemd zou zijn om de vooruitgang niet te gebruiken.

Ook al ben ik geen fan van al die snufjes, ze zorgen toch voor minder levensechte horror.  Zo werden voor de tweede film zo eventjes 11000 witten ratten vanuit Hongarije naar Nederland verscheept en in het zwart geschilderd. Want hoe anders toonde je het publiek dat er een rattenplaag uit brak? In de laatste versie kwamen ze niet uit Hongarije maar uit een computer. Dat scheelt toch een pak dierenmishandeling.

 Wat dat met je doet als je meer dan vijf uur na elkaar vampierenfilms ziet? Ik kreeg alvast zin een Bloody Mary. Een échte. Voorlopig laat ik mijn tanden nog niet vijlen.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  16/01/25)

maandag 13 januari 2025

TINE ZIET (455): Wachtwoord

Het nieuwe jaar ben ik alvast vloekend ingezet. Dit allemaal omdat mijn mobiele telefoon het ineens liet afweten. Gelukkig had ik al een nieuwe klaarliggen voor het geval de barsten op mijn scherm ineens alles zouden verprutsen. Ik had natuurlijk geen andere voorzorgen genomen. Bijgevolg zag ik me uren klungelen met apps herinstalleren. Piekeren over wachtwoorden, sukkelig met papier en potlood om codes die per sms binnenkomen op te schrijven (omdat ik ze niet meer kan onthouden), op zoek gaan naar een ouderwetse eID-lezer. Zorgvuldig geselecteerde foto’s verloren en het allervervelendste: ik had opeens een lege kalender bij aanvang van het tweede semester. Hoe heerlijk dat ook mag klinken, het is behoorlijk tijdrovend om alles weer op te moeten snorren.

Ik had heimwee naar de tijd waarin ik slechts mijn klasnummer, leeftijd, adres, en telefoonnummer moest onthouden. Zoveel wachtwoorden! Misschien noemen ze daarom wel wachtwoorden: ze zetten alles in wacht als je ze niet meer herinnert. Opschrijven in een boekje wordt afgeraden. Een briefje in je portefeuille met daarop alle codes ook. De wachtwoorden op een notitie in je gsm bewaren heeft dan geen enkele zin. Met die hersenpan is memoriseren ook niet zo makkelijk meer als voorheen.

Bij dat wanhopig sprokkelen en tokkelen, vervloekte ik het bestaan van de gsm, de cloud en verficatiecodes zo danig dat ik er ’s nachts zwetend van wakker werd. Wat als ik op een dag mijn eigen wachtwoord tot ontwaken niet meer zal herinneren?

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  09/01/25)

 

maandag 6 januari 2025

TINE ZIET (454): Toeval

Wat ik soms nog vaak als toeval beschouw is in feite een griezelig gevolg van algoritmes. Zo zag ik gisterenavond een film met daarin een schitterende dansscène. Ik kende het nummer niet en bedacht dat ik het wel fijn vond, maar omdat het al erg laat was, zocht ik het liedje niet op. De kans bestond dat ik er nooit meer zou aan denken, maar via een playlist die me elke week laat kennis maken met muziek op basis van mijn eerdere luistergedrag, weerklonk de ochtend later nét die song en zag ik er de aanstekelijke danspasje nog vers in het geheugen bij. Kan men nog van toeval spreken, als film en playlist, schijnbaar los van elkaar, me allebei via het world wide web bereikt hebben?

 Ik mag graag in toeval en geluk geloven. Zo zijn er toch een paar dingen die op mijn pad gekomen zijn op zo’n toevallig gepast moment dat ze uiteindelijk toch een stukje van mijn levensweg bepaalden. Hoe kan een jongen waar je stiekem verliefd op bent bijvoorbeeld toevallig nét dan de hoek om draaien? Hoe kunnen vonken uit trampalen schieten, als je net  luidop ‘Fire’ van The Pointer Sisters zingt?

Graag wil ik in de naïeve veronderstelling blijven dat het nog kan. Dat er eenmaal soms dingen spontaan in je leven komen. Dat klein geluk geen resultaat is van cookies en uitgedokterde scenario’s. Een samenloop van gebeurtenissen op schitterende wijze bizar! Verwondering die zich aandient, omdat je nog in staat bent om toeval te zien.

 Als jullie me nu willen excuseren: ik heb mezelf nog enkele dansmoves aan te leren.

(verscheen als column in KW Kortrijk-Menen-Waregem op  03/01/25)

DRIFT: Huiswijn